Cocoa

November 7th, 2010

Het zal geen verrassing zijn dat gisteren iets anders verliep dan gepland. Een vroege start en een autorit naar Titusville om nog voor achten op de parkeerplaats aan te komen die ik de dag ervoor had uitgezocht als ideale kijklocatie. De eerste mensen zijn er al. Sommigen hebben zelfs op deze parkeerplaats geslapen. De inzittenden van de auto die voor me parkeert zijn helemaal uit het Verenigd Koninkrijk gekomen om dit te kunnen zien. Aan de overkant van de weg zit een klein schuurtje met de naam Tastee Donuts, die inderdaad erg lekkere donuts verkoopt, en ook de koffie is wel goed. Na dit suikerzoete ontbijt volgt echter minder prettig nieuws op de parkeerplaats. Na de gerepareerde stikstofleiding, de roestende stotz en het slechte weer van de afgelopen dagen volgt nu de genadeklap; bij het vullen van de brandstoftank bleek deze waterstof te lekken. De tanks worden weer leeggepompt en de lanceringsdatum verantert van vrijdagmiddag neer to be announced.
Ik besluit dan maar de rest van de dag door te brengen op ‘t bezoekerscentrum van Kennedy Space Center. Je kunt er gelukkig twee opeenvolgende dagen naar binnen op 1 kaartje, en da’s maar goed ook, want er is daar erg veel te zien – al had ik natuurlijk vele malen liever iets anders gezien.
In de avond ga ik naar Cocoa Beach. Gezellig wat drinken in een woonkamer met 7 meisjes. Zaterdag begint met een bezoek aan een lokale kringloopwinkel en later een vijver waarin lamantijnen zwemmen. Het blijven imposante beesten…
De rest van de dag, na afscheid te nemen van m’n gastvrouwen, breng ik door nabij het strand en een kleine kunstmarkt. In de avond volgt de volgende stop, aan de overkant van de rivier; Cocoa. Hier is vanavond een wandeling langs opengestelde expositieruimten van kunstenaars. Op tafels staan hapjes en in een enkele gallerie speelt een muzikant. Erg leuk. Ik koop een schilderwerkje; een tekening van een flamingo die wel verdacht veel lijkt op de Vitruviusman van Da Vinci :)


Een nieuwe dag, een nieuwe vertraging

November 4th, 2010

Dit maal is het het slechte weer waardoor Discovery nog een dagje op de grond zal blijven. Er is 60% kans dat ‘t morgen wel doorgaat.


It’s a small world after all

November 3rd, 2010

Als zoveel kindjes die in de jaren tachtig werden gehersenspoeld door Jochem van Gelder en Melline Mollerus ben ik indertijd overspoeld met beelden van Disney World in Orlando. Ook op mij had dat de uitwerking dat ik misschien net iets te overduidelijk aan ouders heb laten blijken dat ‘t me wel een heeeeel mooi park leek. Dan kun je ‘t niet maken er niet naartoe te gaan als je toch in de buurt bent.
Vandaag was het zover. Wie de Efteling duur vindt moet nu even opletten; voordat je een voet in het magische koninkrijk hebt gezet, ben je meer dan 100 dollar lichter. Ook als je in het park een hapje wilt eten moet je een dikke portemonnee meebrengen.
Voor de rest heb ik me wel vermaakt, al zou het een bonus zijn geweest als het weer wat meer mee zou werken. Het regende nogal. De hele inhoud van mijn portemonnee is doorweekt, en datzelfde geldt eigenlijk ook voor mij. Tot aan m’n sokken aan toe was alle kleding doorweekt.
Ja, en toch, laat op de avond voor ‘t eerst in je nog prille leven de parade voorbij zien trekken, dan snel naar de boottocht ‘It’s a Small World’ om bij het weer naar buiten stappen omringd te worden door de kleurenpracht van die enorme hoeveelheid vuurwerk die de lucht in wordt geschoten – terwijl uit speakers de boodschap schalt dat wensen uit kunnen komen. Het doet toch wel wat.
De wens die ik daar op dat moment deed gaat hoe dan ook niet in vervulling, want de Discovery blijft hoe dan ook ook morgen nog aan de grond.


Edison en Ford

November 2nd, 2010

Naast zon, pretparken, witte stranden en bikini’s zijn er gelukkig ook verantwoorde dingen te zien hier. Vandaag bracht me dat naar Fort Myers, waar Edison en Ford allebei een winterverblijf hadden. Thomas Edison bracht er vanwege zijn gezondheid vier maanden per jaar door, voor Henry Ford was twee weken per jaar genoeg.
Erg interessant om te zien waar twee industriële grootheden hebben geleefd en gewerkt, en leuk wat meer van de beide heren te weten te komen. Dat ze hun vindingen konden slijten aan de Koreshianen wist ik al, maar in dit museum kom je bijvoorbeeld ook te weten dat ze, samen met Harvey Firestone, op deze plek onderzoek deden naar een plantaardige vervanger van geïmporteerd natuurrubber en hoor je over andere vindingrijke dingen. Edison alleen al heeft in zijn leven meer dan 1000 patenten op naam gekregen, en is één van de weinige mensen die 65 opeenvolgende jaren minstens 1 octrooiaanvraag per jaar deed. Hij heeft dus meer dingen uitgevonden of verbeterd dan de fonograaf, kinetoscoop en de electrische stoel.
Dat laatste apparaat liet hij trouwens bewust werken op wisselspanning. Hij vond wisselspanning namelijk maar niks, en door daarmee een gevangene een enkele reis naar de eeuwigheid aan te bieden, kon hij zijn voorliefde voor gelijkspanning ook op een nog altijd beproefde manier op anderen overbrengen. Angst, aangewakkerd door te roepen dat alternating current te gevaarlijk is om in huis te hebben – het wordt tenslotte gebruikt om gevangenen te electrocuteren.

De andere man die hier wel eens leefde, Ford, is naast het automerk dat zijn naam draagt vooral bekend door de uitvinding die de mens veranderde in een stukje machine. De assemblagelijn. Deze efficiënte methode van produceren maakt ‘t voor hem mogelijk zijn personeel 5 dollar per dag te betalen. Het dubbele van wat je elders kon verdienen – en daardoor waren er meteen meer mensen die zich een auto konden veroorloven. Dus handel.
Verder was hij in zijn tijd een van de weinigen die brood zag in het gebruik van verbrandingsmotoren voor het aandrijven van gemotoriseerde koetsen, zelfs al werd hij daarom uitgelachen door de voorstanders van op stoom of electrisch aangedreven wagens. De eerste Fordjes reden niet zo heel veel harder dan voetgangers kunnen lopen, en kennelijk had ‘t iets lachwekkends als er zo’n pruttelend ding tergend langzaam voorbij kwam rijden. dat veranderde snel met de in serie geproduceerde wagens als de degelijke model T, en later de modieuze A. De rest is zogezegd geschiedenis.

Na deze wandeling in de fraaie tuin van Edison en Ford volgde het meest ambitieuze deel van de dag. Een tocht naar Orlando – het epicentrum van de pretparken. De rit erheen was een genot. Lekker naar talkradio van de NPR luisteren, met erg goede items over Russen op de Wolga, een boek over hoe telegrafie, telefonie, televisie en internet allemaal dezelfde cyclus doormaken – van open, vrij en rebels naar gereguleerde ommuurde tuin – YouTubende truckers en meer moois. Dat ga ik missen.
Wel blijft meer dan 333 kilometer snelweg zonder stoppen een hele zit. Tussendoor heb ik eventjes de wenkbrauwen gefornst bij het passeren van de afslag van Gibsonton. Da’s de plek waar in het verleden de circussen overwinterden, toen ‘n circus nog voor een groot deel bestond uit dames met baard, dwergen, degenslikkers en mensen met vreemdsoortige vergroeiingen. Het postkantoor daar heeft een speciale lage balie voor lilliputters.
Ik neem aan dat ‘t tegenwoordig een stad is als vele anderen, maar dan wel eentje met een kleurrijke geschiedenis.


Roadside attractions

November 1st, 2010

Als een rasechte toeris heb ik me overgegeven aan roadside attractions. Vreemde attracties langs de weg. Gisteren een bijna verplicht bezoek aan Everglades City, met een boottochtje door de smalle watergangen tussen de mangroves. De plek om alligators en wasberen te zien. Ondanks het lawaai van de boot en de bizarre stuurmanskunsten van de kapitein zie je veel diertjes en ontzettend mooie stukjes dichte bebossing.
Vandaag ben ik iets verder naar het oosten getogen, tot Ochopee. Via het kleinste postkantoor van de VS naar de parkeerplaats bij het Kirby Storter Roadside Park. De plee daar stelt niet veel voor; niet veel meer dan een stinkend gat in de grond met een muurtje en een dak, en in plaats van stromend water is er een dispensertje met Dettol – terwijl er niet meer dan een klein pompje en een hydrofoortje (op zonne-energie?) nodig zou zijn om hier stromend water te hebben. De boardwalk die het moeras toegankelijk maakt, daarentegen, is om door een ringetje te halen. Een prachtig moerassig stuk bos vol subtropische planten, veel vogels en als klap op de vuurpijl een uitkijkpunt boven open water, waar baby-alligators over de waterlelies kruipen, terwijl mama-gator aandachtig toekijkt of haar nageslacht niet in gevaar is. Mooi.
Een meer traditionele bizarre tourist trap is het Skunk Ape Research Headquarters. Een plek waar kennelijk onderzoek gedaan wordt naar de mythische mensachtige aap die harder stinkt dan een stinkdier. Die geur schijnt te maken te hebben met de voorkeur van dit wezen zich te voeden met ranzige kadavers. Ondanks de naam heeft het Skunk Ape Research Headquarters niet veel van deze stinkdierapen, op een standbeeld en wat foto’s na. Wel is er een soort dierentuintje die eigenlijk dat woord nog niet waardig is. Een schuurtje met wat exotische huisdieren, dat dekt de lading beter.
Daarna een maaltijd bij een andere fascinerende plek. In Joanie’s Blue Crab Cafe zit naast 2 gasten Joanie zelf, een kok, een serveerster en muzikant Raiford Starke – voor de gelegenheid (Halloween) gekleed in uitbundige kledij en getooid met afro-pruik.
Uiteraard wordt de muziek erop aangepast als bekend wordt dat ik in een voorstadje van Amsterdam woon. De hier bekende Nederlandse muzieknummers Little Green Bag van George Baker en Radar Love van de Golden Earring worden gespeeld. Best grappig. Charmant restaurantje, wel.


Oei…

October 31st, 2010

Laat dat nou juist de reden zijn dat ik hier ben...


Groene flits

October 30th, 2010

Gisteren was de dag dat NASA aankondigde dat de eerstvolgende lancering van de Space Shuttle minstens een dag wordt uitgesteld. Ook viel het me op dat bouwmarkten hier allerlei zooi verkopen die in Nederland al tientallen jaren niet meer verkocht mogen worden.
Het hoogtepunt van de dag, echter was de avond. Aan de noordkant van ‘t eiland is enkele jaren geleden een lagune ontstaan. Wat ooit de kustlijn was, is nu een fantastische lokatie voor vogelspotters. Ietsjes voorbij de lagune tref je nog steeds een hagelwit strand aan, en daarvandaan heb ik, staand aan de kustlijn, de zon in de zee zien zakken. Vuurrood, met als bonus een prachtige groene flits. Geluk zit in de kleine dingen.


Flevopaard

October 30th, 2010

In de verwilderde gebieden van Flevoland worden grote grazers gebruikt om de groei van struiken en bomen in de open gebieden tegen te gaan. Mensen hebben deze dieren losgelaten in die gebieden, en door natuurlijke aanwas zijn ‘t er steeds meer geworden. Er zijn geen wolven of beren in de polder en in de winter worden deze dieren niet bijgevoerd, wat ertoe leidt dat velen (afgelopen winter 686 dieren) simpelweg omkomen van de honger. Iedere winter weer leidt dit tot discussie, maar nooit wordt er iets aan gedaan.
Ook de Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde heeft ethische bezwaren bij deze wrede manier van wildbeheer, en zou graag zien dat de mens zijn verantwoordelijkheid neemt ten opzichte van deze dieren. Eet smakelijk!


Het centrum van het Universum

October 29th, 2010

Gisteren heb ik een cultureel uitstapje gemaakt. Bij het plaatsje Estero stichtte Cyrus Reed Teed eind negentiende eeuw zijn Nieuw Jeruzalem. Ooit kreeg Teed een electrische schok, en gedurende de tijd dat hij buiten bewustzijn was, werd hij bezocht door een beeldschone vrouw die hem tot inzichten bracht die hem tot nu toe onbekend waren. De Aarde is geen bol, maar juist hol, en we leven met zijn allen aan de binnenkant. Het is niet de draaiing van de Aarde die de Aarde bij elkaar houdt. Zwaartekracht bestaat niet; het is de middelpuntvliedende kracht die ons tegen de grond drukt. De zon is een grote lamp, en maan en sterren zijn niet meer dan reflecties van dat licht.
Om deze inzichten verder te verspreiden startte hij een nieuwe religie. De Koreshianen, naar de Hebreeuwse schrijfwijze van zijn eigen naam.
Op de plek die volgens hem het midden van het universum is, werd grond verworven om het nieuwe Jeruzalem te bouwen. De perfecte stad met plaats voor 10 miljoen mensen.
Dat aantal inwoners heeft zijn modelstad nooit gehaald, maar op ‘t hoogtepunt leefden er wel 250 mensen en, ondanks het wat vreemde wereldbeeld, waren ze behoorlijk vooruitstrevend. Geld kwam onder andere binnen dankzij een supermarkt cq warenhuis en benzinepomp, er was een theater, vrouwen werden, een eeuw geleden al, als gelijkwaardig aan mannen gezien en er stond zelfs een complete met stoom aangedreven houtzagerij, wasserette en een electriciteitscentrale van 20 kW op het terrein. Nog voordat de meeste steden stroom hadden. Slim lobbywerk van Thomas Edison, die een stukje verderop een zomerhuis had, en maar niemand enthousiast kon krijgen voor wat men toen als nutteloze uitvinding zag; electrisch licht.
De Koreshianen, echter, begepen toen al dat als je met weinig mensen veel voor elkaar wilt krijgen, je het beste kunt automatiseren.

De religie van de Koreshianen bestaat niet meer. Cyrus Teed zelf overleed in 1908 en bleef dood, ondanks zijn belofte te herrijzen. Tijdens een overstroming spoelde zelfs zijn lichaam weg uit ‘t graf en verdween in de Golf van Mexico. Misschien dat er ergens een eiland is waar iemand zich uitgeeft als de opgestane Koresh..
Eind jaren 80 overleed de laatste trouwe volgelinge van zijn leer op het terrein. Daar is ze ook begraven.

Een indrukwekkende plek om te bezoeken. Net als het restaurantje op de terugweg. Randy’s Fishmarket in Naples. Een visboer met restaurantgedeelte. Ik heb een broodje Chileense zeebaars te eten, want het schijnt zo te horen dat als je in Florida bent, je dode zeedieren op moet eten.


Van zuid naar noord

October 28th, 2010

Een paar maanden geleden zat ik nog in het koude zuiden van Amerika. Het toeristenplaatsje El Calafate, woensdag nog wereldnieuws omdat de man van president Cristina Kirchner (die van 2003 tot 2007 zelf president was) daar een hartaanval kreeg, was toen het podium van het mooiste natuurfenomeen dat je je voor kunt stellen.
Saillant detail; in datzelfde plaatsje heb ik varkensvlees, bereid met honing en bier, gegeten. Deels omdat al die runderbiefstuk die me in Argentinië werd voorgezet begon te vervelen. Deels omdat varkensvlees minder mileubelastend is dan rundvlees (sec bezien is vegetarisch eten nog beter, maar dat red je daar niet. Zodra er minder dan 150 gram vlees per portie in een maaltijd is verwerkt, is het in Argentinië al vegetarisch) en in mijn achterhoofd heeft het vurige pleidooi dat Cristina Kirchner heeft gehouden voor het varken ook wel een beetje meegespeeld. Of datzelfde pleidooi, en hetzelfde gerecht, verband houdt met de dood van de ex-president, daar wil ik niet over speculeren.

Nu zit ik een heel stuk noordelijker op het Amerikaanse continent, en het is hier ook een stuk warmer. Omdat voor aanstaande maandag de laatste lancering van Space Shuttle Discovery op de agenda staat, vertoef ik op dit moment op Marco Island, Florida. Dinsdag bleken er, ondanks de stakingen in Frankrijk, genoeg werkwillige Parijzenaren te zijn om een redelijk vlotte overstap op Charles de Gaulle mogelijk te maken, en in de namiddag was ik in Miami, waar me nog een autorit van een uur of twee wachtte.
Er zijn, daar durf ik best voor uit te komen, prettiger plaatsen te bedenken om voor ‘t eerst in een automatisch schakelende auto te rijden als Miami tijdens de spits. Ik was blij de stad uit te zijn, al heeft de lange, rechte weg door het moeras die ik daarna moest volgen, Tamiami Trail, ook zo z’n nadelen. Omgerekend mag je daar 90 kilometer per uur, en je hebt echt cruisecontrol nodig om die snelheid vast te houden. Je wordt zo polderblind als de pest, en voor je ‘t weet rijd je te hard – en eigenlijk moet je dat niet doen in een gebied waar het achter de struiken schijnt te wemelen van de alligators, panters en poema’s. Ik heb ze nog niet gezien trouwens. Ik hoop nog wat diertjes te zien, maar dat zal ongetwijfeld goed gaan komen. Rondom groeien mangroves, en het kreekje dat hier vlakbij stroomt schijnt regelmatig bezocht te worden door zeekoeien en dolfijnen. En dat bij een temperatuurtje van rond de 30 graden. Ik vermaak me wel…


Wiitenschappelijk onderzoek

October 24th, 2010

De Wiimote heeft onverwacht nuttige mogelijkheden. Met wat knoeien kun je de ingebakken versnellingsmeters en infrarood-sensor voor allerlei experimenten en continu-metingen gebruiken. Afgaand op engineersonline maakt ie het mede mogelijk voor ‘n knaak en een bos wortels een compleet weerstation te bouwen.

Hartstikke stoer en nuttig.. wat dat betreft snap ik echt niet waarom de jongen in ‘t filmpje hieronder een shirt draagt met het woord ‘Geek’ erop geborduurd…


Wilde gok…

October 16th, 2010

toch?


10-10-10

October 10th, 2010

01001101 01100001 01100001 01101011 00100000 01100101 01110010 00100000 01100101 01100101 01101110 00100000 01101101 01101111 01101111 01101001 01100101 00100000 01100100 01100001 01100111 00100000 01110110 01100001 01101110 00100001


Rust

September 30th, 2010

Heerlijk. Zieleroerselen aan het papier toevertrouwen en ze niet alleen delen met direct betrokkenen, maar meteen in de openbaarheid gooien. Ikzelf was niet de enige die zich daar de laatste tijd schuldig aan heeft gemaakt, en ik zal ook zeker niet de laatste zijn. Wel kan ik zeggen dat het een stukje rust geeft. Het helpt om dingetjes, die, hoe pietluttig misschien ook, een plek te geven en in perspectief te zien.
Ze hebben voor mij persoonlijk ook al tot resultaat geleid. Zowel positief als negatief. Het negatieve vooral in de vorm van een kil zakelijk en vooral kort mailtje van Transavia die mij meldt dat ze niks voor me willen doen, omdat de termijn waarbinnen ze zich volgens het Verdrag van Montreal fatsoenlijk behoren te gedragen al is verstreken. Al is het mijn opvatting dat ze ook binnen die termijn al niet kosjer bezig waren. Nu heb ik te horen gekregen dat ze destijds mijn dossier hebben gesloten omdat ze niets meer van mij vernomen hebben nadat mij een briefje was gestuurd met de mededeling dat ik binnenkort meer zou horen. Jaja… ik had kennelijk een ontvangstbevestiging moeten sturen op hún ontvangstbevestiging, en dan, en alleen dan, had ik misschien ook daadwerkelijk een antwoord gekregen op een heel normale en volkomen terechte vraag.
Wat een papierverspilling… maar ik weet het voor een volgende keer. Al heb ik ook nu nog qua Transavia geen zin in een ‘volgende keer’… ik ga nog liever lopen!

Verder eigenlijk niets dan goeds; TNT Post heeft de brief rá-zend-snel naar de andere kant van de oceaan gebracht, de gehaktballetjes van IKEA zijn stoerder dan flauwe, melige bitterballen ooit zullen worden, mijn eerste schnabbel als figurant is een feit -binnenkort in de bioscoop- en Etos zwijgt wijselijk. In hun wijsheid zien zij ook wel dat ik eigenlijk vooral een statement wilde maken – dat men net iets te goed weet dat de enige werkende vorm van werving de irritante is. Vervelende dingen onthouden mensen beter. Dat geldt net zo goed voor telefoontjes tijdens etenstijd (gelukkig bestaan er apps die inkomende gesprekken zonder nummerweergave standaard blokkeren) als voor Gaston Starreveld (‘Jaha… winnen doe je bij….’) en al die andere vreselijk irritante marketing-uitingen waaraan we dagelijks worden onderworpen. Pas als het bijt, blijft het je bij…
Ook kopen is emotie; alles in de winkel wordt dusdanig geprijsd dat het niet ietsjes minder duur lijkt dan het is. Of op een andere wijze aantrekkelijk gepresenteerd. Dat merkte is afgelopen zondag toen ik bij Appie iets lekkers waar het BONUS-bordje al bij lag redelijk onnadenkend in mijn mandje deponeerde. Bij inspectie van mijn kassabon en de in de winkel meegegriste folder leerde mij dat, als ik daar een dag mee had gewacht, het een paar kwartjes had gescheeld in prijs. Hmm… dubieuze manier van waren aanprijzen, eigenlijk. Waarom is in de winkels die op zondag open zijn niet zowel de oude als de nieuwe Bonus-folder geldig? Krijg haast de neigning ook Albert met een briefje te verblijden…


Spoorboekje

September 29th, 2010

Mij is ter ore gekomen dat de Nederlandse Spoorwegen volledig stopt met de uitgifte van het papieren spoorboekje.
Het einde van een tijdperk; ik kan me nog uit een item in het radioprogramma Archie van de VPRO herinneren dat er ooit met verbazing werd gereageerd op het eerste spoorboekje op diskette – niet in de laatste plaats omdat dat ene slappe schijfje groot genoeg bleek alle gegevens. Twee decennia geleden, alweer…
Het spoorboekje op diskette werd vervangen door eentje op CD, en die werd ingehaald door internet. Het papieren spoorboekje bleef.
Tot nu. Juist nu het uitbrengen van boeken almaar goedkoper wordt, dankzij ontwikkelingen als printing on demand en verdergaande automatisering die het hele prepress-traject een stuk eenvoudiger of zelfs overbodig maken. Juist nu zal het papieren boekje (als jong kereltje zag ik heel beeldend voor me hoe dr. Max er zijn tanden in weg liet zinken en schuimbekkend de bladzijden uitscheurde) na 130 trouwe jaren voor het laatst het levenslicht zien.

Ergens wel begrijpelijk; ik geloof dat het aantal keren dat ik zelf gebruik heb gemaakt van ‘t paieren spoorboekje op de vingers van 1 hand na is te tellen, en de laatste keer dat ik iemand in de trein of op ‘t perron in zo’n boekje heb zien bladeren kan ik me niet heugen. Aan de andere kant wordt ook steeds duidelijker dat de digitalisering ook nadelen kent. Probeer voor de grap maar eens zo’n oude diskette nog ergens uit te lezen – lukt je niet!
Het is zelfs zo dat er langzamerhand weer meer gegevens worden toevertrouwd aan microfilm – nu ook in kleur!
Ooit zullen we met nostalgische gevoelens door een vergeeld spoorboekje uit het jaar 2010 bladeren. Terugdenkend aan een tijd waarin de treinen voor ons gevoel toch nooit op tijd reden.